Annie M.G. Schmidt is in Nederland én Vlaanderen erg beroemd geworden door haar succesvolle kinderboeken. Vooral de succesboeken Pluk van de Petteflet, Abeltje en Jip en Janneke zijn bij veel generaties langs gekomen. Ook de kinderversjes als Dikkertje Dap zijn als warme broodjes over de toonbank gegaan.
Eerst was er alleen Pluk met zijn kleine rode kraanwagentje. En Pluk had maar één doel: een huisje vinden om in te wonen. Al snel start hij zijn zoektocht. Maar waar hij ook komt, krijgt hij hetzelfde antwoord: alle huizen zijn vol. Na lang zoeken komt de duif Dollie op zijn pad. Gelukkig weet Dollie wel een adresje waar Pluk terecht kan. De Petteflet wordt zijn nieuwe onderkomen. In Pluk van de Petteflet maak je - door de ogen van Pluk - kennis met alle bewoners van de Petteflet, waaronder Duizeltje, Zaza, Aagje en mevrouw Helderder.
De eerste Jip en Janneke verscheen al in 1977. In dit boek vind je heel veel verhaaltjes over het leven van Jip en Janneke. Van hun eerste ontmoeting (door het gat in de heg) tot aan het einde waar ze afscheid van elkaar moeten nemen. Het boek is natuurlijk compleet met de zwart-wit illustraties van Fiep Westendorp.
Abeltje gaat aan de slag als liftjongen in het warenhuis Knots. Er wordt hem uitgelegd dat hij niet op het bovenste knopje van de lift mag drukken, maar hij is zó nieuwsgierig dat hij het toch doet. Hij schiet met lift en al door het dak en begint aan een geweldige en avontuurlijke reis, samen met meneer Tump, juffrouw Klaterhoen en Laura. Waar hij heen gaat? Dat vertelt Abeltje je heel graag in dit boek.
Floddertje en haar hondje Smeerkees maken er een heerlijke puinhoop van. Floddertje probeert altijd erg netjes te zijn maar het lijkt wel alsof er elke keer iets mis gaat. In de keuken, bij de kapper, in bad… Het gaat elke keer de mist in. Met de illustraties van Fiep Westendorp levert dit hele leuke plaatjes op waardoor je niet kunt stoppen met lachen.
Eerst een poes, toen een mens. Juffrouw Minoes kreeg het voor elkaar. En hoewel haar kattenleven achter haar ligt, kan zij het niet laten om regelmatig te miauwen, kopjes te geven en op vogeltjes te jagen. Haar vaardigheid om ‘kats’ te spreken, komt de ontslagen journalist Tibbe goed van pas. Via de kattenpersdienst blaast hij zijn artikelen nieuw leven in én ontrafelt hij de meest dubieuze geheimen. Natuurlijk komt hij daardoor in de problemen… Dit speelse boek van Annie M.G. Schmidt werd bekroond met een Zilveren Griffel en is ondertussen wereldwijd geliefd.
Wist jij dat Floddertje familie is van Slordige Saartje? En Wiplala van Pietertje Pluim? Alle mensen en dieren in de boeken van Annie M.G. Schmidt zijn familie van elkaar. Ze komen allemaal samen in het grote voorleesboek, van Abeltje naar Otje tot aan Jip en Janneke. In dit voorleesboek zijn heel veel korte verhaaltjes te vinden samen met de prachtige illustraties van Fiep Westendorp.
De vader van Otje is kok, maar het gaat niet altijd goed met zijn kookkunsten en daardoor zit hij telkens weer zonder werk. Gelukkig zijn Otje en haar vrienden er om hem te helpen bij het vinden van nieuw werk. Ze reizen veel omdat de vader van Otje elke keer weer nieuw werk heeft. Ze maken er samen een groot avontuur van.
347 kinderversjes met tekeningen van Wim Bijmoer, Jenny Dalenoord, Carl Hollander, Jan Jutte, Mance Post, Thé Tjong-Khing, Peter Vos en Fiep Westendorp.
In dit boek zijn heel veel sprookjes te vinden met allemaal avonturen. Het gaat over diepvriesdames, Reus Borremans, een prinses met gouden haren en natuurlijk niet te missen: een draak. Je komt ze allemaal tegen in de sprookjes. De sprookjes worden afgemaakt met illustraties van o.a. Fiep Westendorp, Jaap de Vries en Annemarie van Haeringen.
‘Dikkertje Dap, zat op de trap’. Bekend van het liedje loopt Dikkertje Dap elke dag, met een trap, de dierentuin binnen. Hij gaat dan de giraf een suikerklontje voeren, want die giraf is heel erg aardig. Dikkertje Dap verteld altijd heel veel verhalen aan de giraf en dat vind de giraf heel erg leuk. Weet je wat nog leuker is? Dikkertje Dap mag altijd van de lange nek afglijden!
Wiplala kan toveren, maar zelf noemt hij het tinkelen. Hij is een piepklein mannetje en maakt veel avonturen mee. Het tinkelen gaat alleen niet altijd goed, want hij maakt Nella Della, Johannes en meneer Blom net zo klein als hij zelf is, maar ze weer terugtinkelen lukt hem niet helemaal… Wat nu? Kan Wiplala er voor zorgen dat alles weer goed komt?
Ibbeltje woont thuis bij haar ouders, alleen is er wel iets geks aan de hand. Haar moeder is vroeger kat geweest. Ze spint, verstaat ‘kats’ en is heel erg bang voor honden. Ibbeltje beleeft samen met haar ouders veel avonturen, ze is vrienden geworden met alle katten uit de buurt (dankzij haar moeder) en die helpen haar met alles. Ze moeten alleen wel uit kijken voor de honden in de buurt…
Pippeloentje is een heel erg schattig beertje die opgroeit bij Fleur van der Weel. Het beertje beleefd heel veel avonturen en doet alles wat kleine kinderen ook doen. Pap eten, buiten spelen, stout zijn en lekker gaan slapen. Ze wordt omringd door liefdevolle berenouders en heel veel diertjes waar hij veel mee kan spelen.
Dit boek is voor alle moeders en vrouwen, want die zijn er veelzijdig. In het boek Moeder, loop toch niet zo mank zijn de mooiste teksten, grappigste liedjes en gedichten geselecteerd door Annie M.G. Schmidt. Het gaat over ondeugende moeders, dwarsliggende vrouwen en die o zo herkenbare rebelse kinderen.
Annie M.G. Schmidt is misschien wel de populairste schrijfster aller tijden. Wie kent haar nou niet? Dit boek geeft een inkijk in het leven van Annie M.G. Schmidt. Haar zoektocht naar de liefde, en hoe is het leven achter de roem? Het is een inspirerend verhaal die ondanks een vervelende jeugd er toch in slaagde om alles uit haar leven te halen.